- besturen
- {{besturen}}{{/term}}1 [met betrekking tot een voer-/vaartuig] drive ⇒ steer, navigate2 [met betrekking tot een werktuig] control, operate3 [leiden] govern ⇒ administrate, manage, run♦voorbeelden:1 een auto/tram besturen • drive a car/trameen schip/vliegtuig besturen • steer a ship, fly a plane2 een hijskraan besturen • operate a cranedoor de computer bestuurd • computer-operated3 een stichting besturen • run an institution
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.